De verschillende betekenissen van de influistering

De influistering van de Shaytaan heeft verschillende betekenissen, onder andere:

1. Het oproepen tot het kwade

Allah (Verheven is Hij) zegt over datgene wat de Shaytaan op de Dag der Opstanding zal zeggen tegen zijn legers en volgelingen: ‘En de Shaytaan zal zeggen wanneer de zaak besloten is: ‘Zeker, Allah heeft jullie een ware belofte gedaan en ik heb jullie een belofte gedaan, maar ik ben deze niet nagekomen. En ik had geen macht over jullie, behalve dat ik jullie opriep, waarna jullie gehoor aan mij gaven. Verwijt mij dus niet, maar verwijt jullie zelf.’ (Koran 14:22)

Verder zegt Allah (Verheven is Hij): ‘Zelfs als de Shaytaan hen oproept tot de bestraffing van het Laaiende Hellevuur?’ (Koran 31:21)

Al-Qoertoebie zegt in zijn Tafsier (9/234) over de Woorden van Allah (Verheven is Hij) ‘…behalve dat ik jullie opriep, waarna jullie gehoor aan mij gaven’: ‘Dat wil zeggen: ik had geen enkele macht over jullie, maar ik riep jullie alleen op door middel van de influisteringen, waarna jullie uit eigen wil gehoor aan mij gaven.’

2. Het versieren van het slechte en het weghouden van het pad van Allah

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘En de Shaytaan versierde hun daden voor hen, waardoor hij hen van het rechte pad weg hield.’ (Koran 27:24)

Ibn ‘Atiyyah zegt in zijn Tafsier: ‘De Shaytaan versierde hun daden voor hen door middel van influisteringen en bedrog.’

3. Het geven van valse beloftes en bedrog

Allah (Verheven is Hij) zegt over datgene wat de Shaytaan bij de mens doet: ‘Hij geeft hun beloftes en valse hoop. Maar datgene wat de Shaytaan hun belooft, is niets dan bedrog.’ (Koran 4:120)

Verder zegt Allah (Verheven is Hij): ‘Maar jullie brachten jezelf in verleiding en jullie wachtten en jullie twijfelden en jullie werden misleid door valse hoop, totdat het bevel van Allah kwam. En de misleider (de Shaytaan) leidde jullie weg van Allah.’ (Koran 57:14)

Allah (Verheven is Hij) zegt over datgene wat Iblies (de Opperduivel) bij onze vader Adam en onze moeder Hawwaa- (Eva) deed: ‘Hij verlaagde hen door bedrog.’ (Koran 7:22)

Verder zegt Allah (Verheven is Hij) over de demonische en menselijke duivels: ‘Zij fluisteren elkaar versierde woorden in om (de mensen) te misleiden.’ (Koran 6:112)

Hoeveel mensen zijn niet het slachtoffer geworden van de Shaytaan als gevolg van zijn valse beloftes en ijdele hoop!

4. Het opdragen om hem te gehoorzamen en te volgen

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘En volg niet de voetstappen van de Shaytaan. Zeker, hij is voor jullie een duidelijke vijand.’ (Koran 2:208)

‘Zeker, hij draagt jullie alleen kwaadheid en gruwelijke daden op en dat jullie datgene over Allah zeggen waar jullie geen kennis over hebben.’ (Koran 2:169)

Verder zegt Allah (Verheven is Hij) dat de Shaytaan zei: ‘En ik zal hen zeker opdragen om de oren van het vee te snijden en ik zal hen zeker opdragen om de schepping van Allah te veranderen.’ (Koran 4:119)

Allah (Verheven is Hij) zegt over de Kinderen van Israël: ‘En zij volgden datgene wat de duivels vertelden ten tijde van het koninkrijk van Soelaymaan (Salamon ﷺ).’ (Koran 2:102)

Ook zegt Allah (Verheven is Hij): ‘En zeker, de duivels openbaren aan hun handlangers om met jullie te discussiëren. En als jullie hen gehoorzamen, dan zijn jullie zeker afgodenaanbidders geworden.’ (Koran 6:121)

Al-Qoertoebie zegt in zijn Tafsier (7/51): ‘Dat wil zeggen: zij fluisteren in hun harten in om met hen te discussiëren over de valsheid.’

5. Het inboezemen van vrees en het aanjagen van angst, waardoor de mens bang wordt en zich overgeeft aan de Shaytaan en zijn legers

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘Dat is slechts de Shaytaan die vrees inboezemt voor zijn handlangers. Vrees hen dus niet, maar vrees Mij, als jullie gelovigen zijn.’ (Koran 3:175)

Ibn Taymiyyah zegt in Madjmoe’ al-Fataawaa (17/524) over de betekenis van dit Koranvers: ‘Dat wil zeggen: Hij maakt jullie bang voor zijn handlangers door angstaanjagende influisteringen in jullie harten te werpen.’

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘De Shaytaan belooft jullie armoede en hij draagt jullie gruwelijke daden op.’ (Koran 2:268)

De meeste commentatoren van de Koran zijn van opinie dat met de Woorden ‘de Shaytaan belooft jullie armoede’ bedoeld wordt: ‘de Shaytaan maakt jullie bang voor armoede.’

Ibn al-Qayyim zegt in Tarieq al-Hidjratayn wa Baab as-Sa’aadatayn (blz. 554) nadat hij duidelijk maakt dat met ‘beloven’ in dit vers ‘het bang maken’ wordt bedoeld: ‘Er heerst consensus onder de commentatoren van de Koran dat hier met de gruwelijke daden bedoeld wordt: gierigheid. Hij belooft dus armoede en hij draagt gierigheid op.’

Ik zeg: het vers omvat alle soorten gruwelijke daden, maar de gierigheid komt hier als eerste voor in aanmerking, gezien de context.

6. Het versieren en vergemakkelijken van de zonden en het geven van valse hoop

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘Zeker, degenen die afvallig werden nadat de leiding hun duidelijk was geworden, de Shaytaan versierde dit voor hen en hij bedroog hen.’ (Koran 47:25)

Het merendeel van de commentatoren van de Koran zegt dat de Woorden ‘de Shaytaan versierde dit voor hen’ betekenen: ‘hij versierde de zonden voor hen.’ Sommige Korangeleerden, waaronder ash-Shawkaanie, voegden het volgende toe: ‘…en hij vergemakkelijkte deze voor hen.’ De betekenis van de Woorden ‘en hij bedroog hen’ is dat de Shaytaan hun valse hoop gaf op een lang leven.

7. De plaag

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘Toen Hij (Allah) jullie bedekte met een slaperigheid als een beveiliging van Hem en Hij water vanuit de hemel op jullie deed neerdalen om jullie er mee te reinigen en de plaag van de Shaytaan van jullie wegnam.’ (Koran 8:11)

Aboe Hayyaan zegt in zijn Tafsier (5/283) over de plaag van de Shaytaan: ‘Dat wil zeggen: zijn bestraffing van jullie door middel van zijn influisteringen. Ook is er gezegd dat de plaag van de Shaytaan betekent: zijn list en zijn influisteringen.’

Dit is ook de opinie van vele andere commentatoren van de Koran.

8. Het uitnodigen naar de zonde

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘Zeker, degenen onder jullie die zich omkeerden op de dag dat de twee groepen elkaar troffen, het is niemand anders dan de Shaytaan die hen deed zondigen vanwege een deel van wat zij hadden verricht. En zeker, Allah heeft hen vergeven. Zeker, Allah is Meest Vergevend, Meest Verdraagzaam.’ (Koran 3:155)

Ibn ‘Atiyyah zegt in zijn Tafsier (3/387): ‘Het is niemand anders dan de Shaytaan die hen deed zondigen’ dat wil zeggen: hij nodigde hen uit tot het zondigen. De Woorden ‘vanwege een deel van wat zij hadden verricht’ werden door het merendeel van de commentatoren van de Koran als volgt uitgelegd: ‘zij hadden zonden verricht waarvoor Allah hen bestrafte door de Shaytaan macht te geven om hen te laten zondigen.’

9. De neiging

Allah (Verheven is Hij) zegt: ‘Zeker, wanneer degenen die godsbesef hebben, getroffen worden door een neiging van de Shaytaan, herinneren zij zich, waarna zij plotseling zien.’ (Koran 7:201)

De Korangeleerden verschillen van mening over de betekenis van de neiging van de Shaytaan die in dit vers genoemd werd. Sommigen hebben gezegd dat met de neiging de influistering wordt bedoeld. Anderen hebben gezegd dat hier bezetenheid mee wordt bedoeld. Meerdere commentatoren van de Koran hebben bovenstaand vers als volgt uitgelegd: ‘De Shaytaan fluistert in bij de mensen van godsbesef, totdat zij een deel vergeten van datgene wat hen werd opgedragen en verrichten wat hen werd verboden. Maar het duurt niet lang voordat zij zich herinneren wat Allah hen heeft opgedragen en wat Hij hen heeft verboden, waarna zij plotseling kunnen zien. Met het zien wordt hier niet het gezichtsvermogen bedoeld, maar het inzicht. Met andere woorden: zij herkennen de waarheid en zij volgen deze, nadat de Shaytaan deze voor hen vertroebelde.’

Beste lezer, na het overpeinzen van deze betekenissen van de influistering die de Shaytaan werpt in de harten van de dienaren en in de harten van de gelovigen in het bijzonder, kunnen we het volgende concluderen:

De Shaytaan streeft ernaar om de gelovigen van hun geloof te beroven door middel van verschillende soorten influisteringen. Soms versiert hij het kwaad voor hen en maakt hij het goede lelijk. Soms doet hij hen het goede vergeten en herinnert hij hen aan het kwaad. Soms boezemt hij hen vrees in, zodat zij het goede verlaten. Soms brengt hij twijfels, zorgen en vermoedens in hun harten, zodat zij in een verwarde toestand verkeren.

De influisteringen van de Shaytaan bij de gelovigen beperken zich niet tot het sluiten van één deur van het goede en het openen van één deur van het kwaad. Maar zij zijn algemeen in de oproep tot ongeloof, zondigheid en ongehoorzaamheid. Dit komt men te weten door de voorgaande verzen die de betekenissen en gevolgen van de influisteringen verduidelijken.

Uit de verscheidenheid in de soorten influisteringen van de Shaytaan kan men opmaken dat hij de gelovigen op een makkelijke manier kwaad wil doen. De gelovige kent namelijk één of meerdere soorten listen van de Shaytaan, waardoor hij op zijn hoede is voor deze listen. Maar dan komt de Shaytaan tot hem via een andere deur die hij niet kent, waardoor hij aan hem ten prooi valt, behalve als Allah hem beschermt en versterkt. Er is geen beweging of kracht, behalve door Allah.

(Inqaadh al-Moeslimien van Shaykh Mohammed ibn ‘Abdillaah al-Imaam)

©️ www.Sakeenah.tv

Nederlandstalige online Islamvideo’s (Islamcursussen en Koranstudies) voor kinderen, jongeren en volwassenen:

Aanmelden via: www.sakeenah.tv

Plaats een reactie